Ze geniet van haar werk in de dienstgroep. En toch had Cinderella de wens om meer van betekenis te zijn. Samen met haar werkbegeleider ging ze op zoek naar een passende tweede werkplek. Waar ze haar andere talenten kan laten zien en zich verder kan ontwikkelen.
Tijdens het gesprek is meteen duidelijk dat Cinderella haar zorgtaken op het Zandoogpad met liefde en toewijding uitvoert. “Dit is Jamie”, zegt ze zachtjes. “Ik heb haar zojuist een handmassage gegeven en nu wil ze mijn hand niet loslaten. Ze is altijd blij als ik er ben.”
De klik tussen het tweetal is zowel voelbaar als zichtbaar en het is voor Cinderella niet gemakkelijk Jamie los te laten om geïnterviewd te worden. “Ik vind het heel fijn op deze groep”, vertelt ze. “Jamie is de eerste cliënt met wie ik mocht werken. Behalve dat ik haar handmassage geef, lak ik soms haar nagels en maak ik wandelingen met haar.”
Voordat Cinderella ging werken met Jamie, startte ze elke dinsdag – samen met een begeleider – met het koken in de keuken van Zandoogpad. Hierbij was aandacht voor sensorische activiteiten als voelen, ruiken én proeven.
Wat extra bijzonder is, is dat Cinderella naast ondersteuner op deze woning, ook zelf cliënt is van Cello. “Ik ging als kind naar school op kindcentrum De Elzengaard en later De Klimopschool (een school voor zeer moeilijk lerende kinderen), had dagbesteding bij ’t Loo hier op locatie en heb ook buiten het terrein van De Binckhorst gewoond, met ondersteuning van Cello. Ik woon nu al een tijd ook op deze locatie.”
Naast haar zorgtaken op Zandoogpad werkt Cinderella bij de dienstgroep. Hoewel ze veel plezier had in haar werk, had ze behoefte om meer van betekenis te zijn. “Ik zei daarom letterlijk tegen mijn werkbegeleider: ‘Ik wil heel graag méér doen, ik wil voor anderen zorgen.’ Zij is toen voor mij op zoek gegaan.”
De zoektocht was niet gemakkelijk. Corona gooide roet in het eten en op vragen die buiten Cello waren uitgezet, kwam geen antwoord. Maar Zandoogpad bood uitkomst. “In september vorig jaar maakte ik kennis met de bewoners en de begeleiders en mocht ik beginnen.”
Al snel bleek dat Cinderella naast enthousiast, ook oog voor detail heeft, goed contact maakt en houdt én initiatiefrijk is. “Ik kwam eerst een keer per week om te helpen met koken. Maar ik wilde meer doen en vaker komen. Nu kom ik ook elke vrijdag en doe ik ook activiteiten met bewoners. In eerste instantie kwam ik alleen voor Jamie, nu ook voor een aantal anderen. Wat ik dan doe? Vooral sensorische bezigheden als voelen, ruiken en nagels lakken. Ik zit niet graag op een stoel hoor.”
Ze vervolgt: “En elke vrijdagmiddag haal ik met twee collega’s van de dienstgroep, één van de bewoners van hiernaast op om met ons koffie te drinken.”
De aanwezigheid van Cinderella wordt gezien door de bewoners en ze vinden het zichtbaar leuk dat ze er is. Het contact tussen haar en alle cliënten groeit, evenals haar zelfvertrouwen. Wat wel lastig voor haar is: ze werd in de eerste periode niet altijd goed begeleid. “Het is voor mij belangrijk dat ik persoonlijk ontvangen word en er duidelijkheid is over het programma dat ik ga doen. Toen dit in het begin niet gebeurde, heb ik het besproken met mijn werkbegeleider. Best lastig, maar het gaat nu veel beter. Ik ben vooral heel trots op het werk dat ik hier doe. Bij de dienstgroep, maar vooral met de cliënten. Ik kan hier écht iets goeds doen. Zelfs als ik een vrije dag heb, kom ik naar het Zandoogpad.”
